Posted by on 13 augustus 2019

IN DE LENTE VAN

Synchroniciteit – gelijktijdigheid; als twee of meer gebeurtenissen min of meer gelijktijdig optreden in een voor de betrokken persoon zinvol verband

Carl Jung

Achteraf gezien bevatten de lente, zomer en herfst van 2018 ontelbare kleine momenten die gezamenlijk hebben geleid tot ‘Het Boek van Efra’. Een optelsom van meerdere momenten van synchroniciteit, een ongrijpbaar maar bijna tastbaar stukje magie in onze wereld. Ik neem jullie graag mee in enkele van deze momenten.

*

Het zal de late lente van 2018 zijn geweest. Een zonnige dag waarop ik, achteraf gezien, de wortels van het boek heb gelegd. Een weefgetouw heb klaar gezet en de eerste lijnen zichtbaar werden van wat veel later een groter geheel zou blijken te zijn.

Ik was mij er toen niet van bewust, het is pas de laatste tijd tot mij doorgedrongen dat ik tijdens een gesprek met mijn schrijfcoach al aan het mijmeren was over hoe ik verschillende ideeën kon integreren. Met elkaar kon verweven. Dat het verhaal er al was, maar ik nog niet zag dat alle ogenschijnlijk losse elementen eigenlijk onderdeel uitmaakten van een en hetzelfde verhaal: Het Boek van Efra.

‘Heb je er weleens over nagedacht een boek te schrijven?’

Een goede vraag van Marije van den Bovenkamp, mijn schrijfcoach. We zitten heerlijk ontspannen met een kop koffie in mijn praktijkruimte. Marije was nieuwsgierig naar deze ruimte aan de Admiraliteitskade die mij zoveel rust en inspiratie gaf en we wilden samen stil staan bij mijn schrijfsels. Aanleiding, plek en gelegenheid kwamen mooi samen.

We bespraken de richting die ik aan mijn schrijven wilde geven. Tot dat moment schreef ik vooral mijmeringen: korte epistels vanuit het moment. Kleine momenten waarin ik vooral niet aan het denken ben, maar de woorden vanzelf komen. Woorden die ik niet kan sturen, ze zoeken mij op.

De vraag van Marije roept een vogelvlucht aan vlinders in mijn buik op en ik voel dat iets in mij wordt aangeroepen. Een boek? Ik? Kan dat? Mag dat? Het verlangen is er zeker, maar kan ik dat wel?

Marije zit tegenover mij en aanschouwt wat zich allemaal in mij afspeelt. En ze wacht. Heel rustig. Tot ik zover ben om de vlinderpracht in mijn hart hoorbaar te maken door hardop te zeggen: ‘Dat zou ik geweldig vinden!’

Ze glimlacht: ‘Heb je ook een idee wat voor soort boek?’

Mijn innerlijke stem brult: ‘Ja!!’

Zo, waar komt dat vandaan?

Ik bijt op mijn lip en voel dat er een frons tussen mijn wenkbrauwen verschijnt.

‘Jeetje, ik heb eigenlijk meerdere ideeën. Een verhaal over twee geliefden en hun afzonderlijke reis naar elkaar toe. Hoe de optelsom van gebeurtenissen in hun leven onvermijdelijk leidt tot hun ontmoeting. Maar ik zou het ook geweldig vinden om een sprookje te schrijven over goed en kwaad, mythologie, waarin het onmogelijke mogelijk is. Of om net als in mijn tienerjaren fanfictie van het werk van Jane Austen te schrijven. Om het verhaal te vervolgen daar waar het boek eindigt.’

Marije hoort het aan en knikt alleen maar.

‘Eigenlijk ben ik al begonnen aan een langer verhaal, maar ik liep op de eerste pagina vast in de dialoog,’ biecht ik op.

Nu is het aan Marije om een wenkbrauw op te trekken en ze vraagt mij wat meer te vertellen over het verhaal. Mijn blik verplaatst zich naar een willekeurig punt in de kamer en ik begin haar te vertellen over het liefdesverhaal met veel systemische elementen dat zich als een film bij mij aandient. Toch klopte het nog niet helemaal, maar ik kon niet benoemen waar het in zat.

We bespreken hoe ik personages kan opstellen om zo hun afzonderlijke dynamieken te voelen en van daaruit te schrijven. Ergens in de onderstroom is het verhaal er, alleen nog niet in de juiste rivier met de juiste bedding. Ik besloot het te laten rijpen.

Ik vermoed dat Marije goed zag dat allerlei ideeën aangeboord waren en we verplaatsten onze aandacht naar de mogelijkheid om mijn mijmeringen te bundelen. Om ze te verzamelen en ordenen tot een boek.

Nu schat ik in dat zij veel eerder dan ik besefte dat het boek allang onderweg was en dat het alleen nog aan mij was het te zien. Dat net als bij een bevroren rivier in de onderstroom al een verhaal werd gevormd, maar nog niet rijp was om helemaal te mogen stromen. En dan heb ik het niet over de gebundelde mijmeringen…

Wil je meer weten over het boek dat uit bovenstaand proces resulteerde? Kijk dan hier.

Posted in: Uncategorized