Geïnspireerd door de magie van systemisch werk
Als zij ontwaakt en het zonlicht op haar gezicht voelt, geeft haar intuïtie haar in naar buiten te gaan. Vanuit haar huis loopt zij over het smalle kiezelpad het geluid tegemoet. De weerklank van het contact tussen zee en land lonkt en het aanzicht is indrukwekkend: krachtige golven beuken tegen de rotsen en versplinteren in duizenden druppels om vervolgens weer opgenomen te worden in het groter geheel. Zij aanschouwt dit komen en gaan en strijkt af en toe haar haren uit haar gezicht. De wind komt vandaag vanuit zee en maakt de lucht ziltig en dik. Zij laat zich zakken op de klif en vouwt haar benen onder zich. Ze opent haar zintuigen, sluit haar ogen en maakt contact met de grond onder haar, de lucht boven haar, het water beneden en het vuur vanbinnen. Haar adem stemt als vanzelf af op de golfslag onderaan de klif, in een meditatief eeuwenoud ritme van komen en gaan. Komen en gaan.
In het moment ontstaat een diepgaande rust en ze wordt zich gewaar van een aanwezigheid. Met iedere adem stemt zij zich hier meer op af en verplaatst dan haar aandacht naar de ruimte links achter haar. Alsof zij over haar schouder kijkt, aanschouwt en verbinding maakt. Met het vrouwelijke, met haar historie. Ze opent zich voor wat er vanuit het vrouwelijke naar voren komt en ontwaart zowel kracht als kwetsbaarheid. Zonder er iets mee te moeten of er iets van te vinden, blijft zij met haar aandacht in het moment. Er komen nu beelden, herinneringen bijna, van vele levens die haar voorgingen. Zoveel verhalen en indrukken die aan haar meegegeven zijn. De hoeveelheid impressies is overweldigend en vult haar met allerlei emoties. Zij neemt alles gewaar, laat het door zich heen vloeien als onderdeel van haar wezen. Af en toe raakt ze overweldigd en richt haar aandacht weer op haar adem om in het moment te blijven. Het is veel, rijk en krachtig. En staat tot haar beschikking. Ze heft haar gezicht op naar de zon, voelt de wind op haar wangen en voelt dankbaarheid. Voor al hetgeen haar meegegeven is, de keuzevrijheid om mee te nemen wat haar dient en achter te laten wat haar hindert. Vol respect buigt zij haar hoofd voor de grote moeder en prevelt: ‘Dank voor mijn leven, ik ga het leven’.
Er weerklinkt een roep van rechts achter haar. Hier vindt zij het mannelijke, wederom kracht en kwetsbaarheid maar vanuit een andere dynamiek. Wederom veel verhalen, indrukken en historie en ze neemt mee wat haar mag dienen en dankt de Grote Vader voor zijn aanwezigheid: ‘Dank voor mijn leven, ik ga het leven’.
Terwijl onder haar de golven onophoudelijk contact maken met de kustlijn, visualiseert ze een lemniscaat boven haar kruin. Deze liggende 8 is van goud en glinstert in de zon. Langzaam laat zij de lemniscaat door zich heen gaan, hiermee balans aanbrengend tussen het mannelijke en vrouwelijke, water en vuur, lucht en aarde in haar. Als de lemniscaat via haar voeten contact maakt met de aarde, voelt zij zowel op haar linker- als rechterschouder een hand: ‘Leun maar op ons, wij zijn hier voor jou. Leef jouw leven, onze zegen heb je.’
Ze verplaatst haar gewicht rustig naar achteren en voelt zich gedragen. Vanuit dit bewustzijn schuiven ineens twee kleine handjes in haar grotere handen. Ze opent haar ogen en ziet haar kinderen naast zich staan. Ze lacht hen toe, staat op en is klaar voor de dag.
Photo by Riccardo Bresciani from Pexels